Skip to main content

Tot en met 12 november 2017 wordt in het Verzetsmuseum in Amsterdam een expositie gepresenteerd het verhaal van ‘De Goelag’. Deze geschiedenis van ontberingen en onderdrukking wordt terecht in het historische perspectief van een eeuwenoud Tsaristisch feodaal systeem gekaderd. Toch wordt de expositie door enkele uitglijders ontsierd.

In de begeleidingsbrief van het Goelagverhaal wordt o.a. het volgende gesteld:

“Bijna niemand weet dat er ook duizenden Nederlandse slachtoffers waren; deels Nederlanders die vochten in Duitse dienst en die in Rusland krijgsgevangen waren gemaakt.”

Ik vind een dergelijke benadering van het Goelagvraagstuk voor een Verzetsmuseum, dat voortkomt uit de strijd tegen het nationaal-socialisme, onacceptabel. Hier wordt de zaak 100% omgekeerd. Niet Rusland, waar de Nederlandse SS formaties moordend en plunderend doorheen trokken is het slachtoffer, maar de landverraders in Duitse dienst worden hier als slachtoffers van Rusland gepresenteerd. Het is voor mij volledig onbegrijpelijk dat een dergelijke stellingname door de toch goed geinforeerde directie over het hoofd is gezien.

“Ook veel idealistische communisten die voor de oorlog naar Rusland waren getrokken om te helpen aan de verwezenlijking van de rode droom, en die -net als zovele Russen- ook uit de gratie vielen.”

In de Goelag expositie wordt in dit verband alleen en uitsluitend melding gemaakt van Ir. Dirk Schermerhorn, die beschuldigd werd van nalatigheid bij een ernstig verkeersongeluk tijdens de metrobouw in Moskou. Hij werd schuldig bevonden en ter dood veroordeeld, een hoogst dubieuse rechtszaak.

In de jaren twintig kwamen tientallen ingenieurs, architecten en enkele duizenden Amerikaanse, Nederlandse en andere West Europese arbeiders in de toen chaotische jonge Sovjet-Unie werken. Onder hen de Ingenieurs Asser Baas, Anton Struik, Sebald Rutgers, Dirk Schermerhorn, architecten Jan van Loghem, Mart Stam, de metaaldeskundige Koos Vis, de Poolse technicus Branka Kornblitt, de Amerikaanse IWW (Industrial Workers of the World) vakbondsleider S.Calvert, de Duitse technicus Ernst May. Al deze mensen werkten samen met Ir. Sebald Rutgers bij het AIK project (Autonoom Industrieel Kombinaat) in het Siberische Kemerowo, gelegen aan de rivier de Torrn. Dit kolen- en staalproject van de Kusbass groeide uit tot het enorme industrietcombinaat van Magnitogorsk.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werden alleen in dit metaal combinaat 50.000 tanks en 45.000 vliegtuigen geproduceerd, beslissend voor de overwinning op de legers van Hitler. Dat we dus een Verzetsmuseum hebben en nu over de Goelag ellende kunnen spreken in volle vrijheid is mede te danken aan het onvergetelijke werk van duizenden westerse arbeidskrachten. Hierbij speelden Nederlanders een grote rol. Zij hebben in dit opzicht hun droom waargemaakt.

Deze mensen zijn niet vergeten. Jan van Loghem bouwde het Betondorp, ir. Rutgers bouwde het sociaaldemocratische krantengebouw Voorwaarts in Rotterdam, Mart Stam zorgde voor woningbouw in Moskou en Budapest en Berlijn, Anton Struik nam deel aan het Nederlands verzet tegen de Duitse overheersing. Er werd een straat in Amsterdam naar hem genoemd.

Maar ook in het stadje Kemerowo, waar alles begon, is de Nederlandse bijdrage aan de overwinning op Hitler niet vergeten. In een museum wordt dit alles uitvoerig uit de doeken gedaan. Het museum en de hele omgeving met zijn door van Loghem gebouwde mijnwerkerskolonie staat onder bescherming van het Cultureel Erfgoed.

Alleen focussen op Dirk Schermerhorn, hoe schandelijk ook zijn proces, leidt tot een vernauwende en eenzijdige blik op de geschiedenis.

“In Nederland werd de Goelag in de jaren zeventig bekend door het boek De Goelag Archipel van Alexander Solzjenitsyn.”

Als Goelag-getuige wordt hier Solzjenitsyn opgevoerd met zijn boek ‘Een daguit het leven van Iwan Denisovitsj’ veelal bekend als het hier boven genoemde werk over de Goelag. Niet onvermeld mag blijven dat dit Goelag boek in Nederland voor het eerst werd uitgegeven door de communistische uitgeverij Pegasus. De CPN had al in de jaren zestig vraagtekens gezet bij de politieke ontwikkelingen in de Sovjet Unie en meende met deze uitgave een schot voor de boeg te moeten geven.

Maar getijktijdig werd de zweem van een uiterst conservatieve religieuze mystiek, die over het boek zweefde, bekritiseerd. Niet ten onrechte. Solzjenitsyn’s groots opgezette latere werk, het in twee delen uitgegeven boek Tweehonder jaar 1795-1995 getuigt van een ongekend diep antisemitisme. ‘Mein Kampf’ van Adolf Hitler verbleekt daarbij.

Dit alles is goed om te weten bij Uw bezoek aan de expositie.

Max van den Berg
Medeoprichter van het Verzetsmuseum In Amsterdam


Beste mevrouw Metz,

Zoals we gisteren telefonisch bespraken hier onze reactie op de aankondigingen op uw site over de expositie ‘De Goelag’. Fijn dat u even naar onze opmerkingen wilde luisteren.

Graag willen we u op de volgende punten wijzen. Het gaat vooral om de wervende-informatieve tekst op de pagina https://www.verzetsmuseum.org/museum/nl/exposities/de-goelag

Citaat:
“Vrijwel niemand weet dat er ook duizenden Nederlandse slachtoffers waren: deels Nederlanders die vochten in Duitse dienst en die in Rusland krijgsgevangen waren gemaakt, maar ook veel idealistische communisten die voor de oorlog naar Rusland waren getrokken om te helpen aan de verwezenlijking van de rode droom, en die -net als zovele Russen- uit de gratie vielen.”

* Nederlandse slachtoffers: naar onze mening klopt dit pertinent niet. Voor zover het om SS’ers ging, waren dit geen Nederlanders meer, omdat wie in vreemde staats- of krijgsdienst treedt, automatisch zijn Nederlanderschap verliest. Deze mensen waren bovendien verraders.

* Duizenden: voor zover het om SS’ers ging, waren het er waarschijnlijk duizenden. Maar bij de idealisten ging het om waarschijnlijk slechts enkelen of enkele tientallen -nog erg genoeg- maar dit waren echte slachtoffers anders dan de SS’ers, en dat kan naar onze mening niet in één adem genoemd worden met de SS’ers.

* Slachtoffers: de SS’ers vormden een totaal aparte categorie, namelijk van daders, leden van de Waffen-SS. Zij hebben zeker in Oost-Europa gruwelijke oorlogsmisdaden op hun geweten, dat hoeven wij u niet te vertellen. In Ysselsteyn (gem. Venray) liggen nog ongeveer 6.000 SS’ers. Wij voeren actie voor sluiting van die SS-begraafplaats.

* Duits: verder traden deze landverraders niet in Duitse dienst, omdat dat op dat moment niet mogelijk was: zij traden in nazi-Duitse dienst van in dit geval een pure nazi-organisatie, namelijk de SS opgericht door de nazi’s, om uitsluitend hun uiterst misdadige doelen te verwezenlijken. Op uw site wordt dit onderscheid vrijwel overal consequent gemaakt.

* Rusland: ook heeft deze tekst het over ‘Rusland’, waar in dit geval Sovjet-Unie bedoeld wordt. U en ik waren het daarover snel eens.

* Goelag: krijgsgevangenen kwamen zeker niet altijd in Goelags terecht. De SU bezet ruim 2.000 krijgsgevangenenkampen, die vaak onder speciaal beheer vielen ook vanwege de enorme aantallen nazisoldaten: bijna 3 miljoen binnen twee jaar tijds. Dat zou verder onderzoek en specificatie vereisen.

Wat ons betreft zou het misschien beter zijn om het in dit verband bij de aankondiging van deze expositie helemaal niet over de ex-Nederlandse SS’ers te hebben, en dan ook niet meer over ‘duizenden slachtoffers’. Als het op deze manier in deze tekst voorkomt, wordt het heel lastig om hen als aparte categorie, namelijk van daders, aan te duiden. Het stuit ons tegen de borst als zij worden gepresenteerd in het kader van de echte slachtoffers.

We vertrouwen er op, dat het mogelijk is vóór de start van de tentoonstelling enkele aanpassingen in de lijn van bovenstaande uit te voeren. U kunt uiteraard op ons een beroep doen om u te helpen daarbij.

Ons erelid en medeoprichter van het Verzetsmuseum Max van den Berg heeft hier ook al op gereageerd, maar gezien zijn zwakke lichamelijke toestand wil ik hem hier niet in betrekken. Hij moet zelf bepalen of hij hier verder nog op in wil gaan.

Ysselsteyn
Verder zijn wij op 2 mei een actie gestart getiteld ‘Nazigraven uit Nederland’, om een enorm SS-kerkhof (Ysselsteyn in Venray), voorgoed te laten sluiten. Daar liggen 6.000 SS’ers naast 25.000 andere nazisoldaten. Er liggen ook enkele tientallen niet-nazi’s, zelfs baby’s. Dit kerkhof wordt helaas steeds meer gebruikt om de geschiedenis te vervalsen en de rol van de nazi’s, de gruwelijkheden en de holocaust te verdoezelen en te bagatelliseren.

Op 5 mei zond NPO2 in 2Doc over Ysselsteyn een wat eenzijdige documentaire uit, waar ons standpunt gelukkig ook nog net aan bod kwam, maar het Joodse standpunt ontbrak. https://www.npo.nl/2doc/05-05-2017/VPWON_1268588
2Doc: “Het zijn maar Duitsers” (Helaas op NPO 2DOC niet meer beschikbaar, maar wel op Limburg Doc: https://l1.bbvms.com/view/video/2793309.html)

Tot onze spijt zijn de betrokkenen, de gemeente Venray en de Duitse oorlogsgravenstichting niet van plan om onze opmerkingen over onder meer de aanduiding van deze plek als ‘nazibegraafplaats’ of ‘SS-begraafplaats’ te honoreren. Zoals u uit onze opmerkingen over uw aankondiging begrijpt, is dit onderscheid voor ons – maar ook voor grote andere groepen nazaten en betrokkenen – van bijzonder belang.

U zou ons een groot plezier doen als de aanpassingen nog tijdig door te voeren zijn. We horen graag even van u en mogelijk tot ziens op de opening.

Dank.

Met vriendelijke groet,

Arthur Graaff,
Landelijk woordvoerder AFVN-BvA