Skip to main content

Over de Anton Mussert Prijs

By 17 december 2021Van de Redactie
De Anton Mussert Prijs, waarin ‘prijs’ staat voor het publiekelijk aan de schandpaal nagelen van diegenen die door de inzenders/organisatoren verantwoordelijk worden gehouden voor “het rondstrooien van leugens, oproepen tot vaccinatie/plicht of de schuld van de pandemie neerleggen bij ongevaccineerden”, is de meest recente innovatie uit de koker van voornamelijk rechtse complotdenkers.

Anton Mussert (in zwarte kleding) tussen Arthur Seyss-Inquart (links, Rijkscommissaris in Nederland voor Duitsland) en Heinrich Himmler (rechts), hoofd van de  SS. Den Haag, 17 mei 1942. Collectie: Haags Gemeentearchief / Foto: Stapf Bilderdienst

De ‘prijs’ verwijst, uiteraard met opzet, naar volksvijand nummer één: collaborateur en oprichter van de Nationaal-Socialistische Beweging, Anton Mussert. De oprichters van de Anton Mussert Prijs menen dat de coronacrisis gebruikt wordt door ieder die pleit voor bestrijding van het virus (politici, medisch experts, journalisten, enz.), op een manier waar de organisatoren het niet mee eens zijn, om de bevolking zodoende in de armen van het ‘totalitarisme’ te duwen. Dit alles wordt geduid met behulp van video’s van ‘Café Weltschmerz’ — een platform waarop ook neonazi’s welkom zijn, aldus een redactielid van Café Weltschmerz tegenover de Volkskrant.

Hoe valt het te verklaren dat rechts steeds vaker historische voorbeelden van extreemrechts lijkt te gebruiken om zodoende hun achterban te mobiliseren? De organisatoren van de Anton Mussert Prijs schuwen niet de link te leggen tussen het nazisme en het coronabeleid; tussen Jodenvervolging gedurende de Tweede Wereldoorlog en de behandeling van ongevaccineerden in het heden. Hiervoor gebruikt men op uiterst stuitende wijze de welbekende Rijksdagbrandverordening — als gevolg waarvan de nazi’s een juridisch fundament voor zichzelf creëerden om zo hun politieke tegenstanders buitenspel te zetten — om aan te tonen dat ook in 2021 een nationale crisis gebruikt wordt om mensen stelselmatig buiten te sluiten. Er hoeven weinig woorden vuil te worden gemaakt aan de ongekend grote verschillen tussen genocide en het tijdelijk inperken van bepaalde vrijheden als gevolg van een pandemie. De één is gebaseerd op rassenhaat en het creëren van een fascistische, blanke etnostaat; de ander op een gevaar voor de volksgezondheid. Toch ziet men deze vergelijking steeds vaker: denk bijvoorbeeld aan de als nazi’s verkleedde jongeren uit Urk; de omstreden uitspraken omtrent de holocaust van de inmiddels veroordeelde politicus Thierry Baudet; het dragen van een replica van de Jodenster door coronaprotestanten in Amsterdam. De protesten tegen bepaalde maatregelen ter bestrijding van het coronavirus hebben zich langzaam maar zeker in de hoofden van sommige complotdenkers ontpopt tot een heuse strijd tussen ongerepte dictatuur en absolute vrijheid. Het klimaat dat de 21e-eeuwse fascist dient te creëren is er een van onbegrensd (weliswaar tijdelijk) liberalisme omtrent de vrijheid van meningsuiting, waarin werkelijk alles wat de fascist goeddunkt gezegd kan en moet worden — totdat de fascistische greep over de samenleving zich heeft voltrokken, waarna het liberalisme aan de kant zal worden geschoven en plaats zal moeten maken voor het beoogde totalitarisme. Hierin ligt de oorsprong van de fascistische toe-eigening van de nalatenschap van bijvoorbeeld verzetsstrijders: de fascist heeft een geromantiseerd beeld van zichzelf als ‘verzetsstrijder’ tegen een ‘onderdrukker’ weten te creëren. Men gebruikt deze gefabriceerde werkelijkheid om zichzelf te profileren als strijder voor het ‘vrije woord’ (voor zolang het ‘vrije woord’ staat voor datgene waar de fascist het mee eens is).

Anton Mussert (met hoed) tussen twee leden van de Binnenlandse Strijdkrachten. Den Haag, 7 mei 1945. Collectie: Nederlands Fotomuseum, Rotterdam

Onder een dergelijk klimaat staat iedere vorm van kritiek op fascistisch gedachtegoed gelijk aan ‘onderdrukking’ en ‘totalitarisme’. De welbekende ‘vijand’, die ieder fascistisch regime in de geschiedenis nodig heeft gehad, wordt hiermee in leven geroepen. De Anton Mussert Prijs is een logisch, desalniettemin onsmakelijk gevolg van dergelijke ontwikkelingen in onze maatschappij. De coronapandemie is tot noch toe voor ieder in onze samenleving bepaald geen gemakkelijke tijd geweest. De simplistische, ‘bevrijdende’ lokroep van het fascisme is voor sommigen onder ons onweerstaanbaar gebleken; echter, hetgeen wat men met hun steun hiervoor nastreeft is het tegenoverstelde van de vrijheid die zij momenteel wellicht voor ogen hebben.

Op 7 mei 1946, één jaar na zijn arrestatie, wordt Mussert door een vuurpeloton geëxecuteerd. Dit gebeurt op de Waalsdorpervlakte. Hier zijn tijdens de oorlog veel verzetsstrijders vermoord door de nazi’s. (bron:AnneFrank.org)